Introductie
We zien een straat met daarin een aantal huizen, waaronder ook het huis van ons gezin. De straat beeft eerst, daarna wordt ze overspoeld door een grote watergolf en vervolgens komt er een giftige wolk voorbij.
Stem: “Weet jij wat te doen in een noodsituatie?”
Tekst: “Wat doen in een noodsituatie?”
We zien de familie verwonderd in hun huis zitten, met vraagtekens boven hun hoofd. Het huis is tweedimensionaal. Je ziet een doorsnede, zodat je alle verdiepingen en kamers ziet.
Evacueren
We zien het gezin voor hun huis. Vader rolt grasmachine heen en weer, moeder maakt zelfde beweging maar met de koets van kleinste kind. Ouder kind rolt op skateboard voorbij. Kat zit er ook bij. Er komt een grote zwarte wolk voorbij. Er klinkt een alarm.
Stem: “Wanneer de hulpdiensten of overheid vinden dat je huis niet meer de veiligste plek is op dat moment, zullen ze je vragen je woning tijdelijk te verlaten.”
Er verschijnt een politieman met een megafoon. Uit de megafoon komt het woord 'evacueren'. De vader ‘plukt’ gezinsleden bij mekaar in het huis. Hij zet hen op een rijtje aan de voordeur.
Stem: “Sluit voor je vertrekt de water-, gas- en elektriciteitstoevoer af”
Tekst: “Sluit water, gas en elektriciteit af”
De vader gaat naar de kelder, waar twee toevoerkranen staan, water (met waterdruppel), gas (met vlammetjessymbool en elektriciteitspaneel (met bliksem-symbool). Hij draait de kranen dicht en zet het elektriciteitspaneel uit.
Stem: “Neem bij het verlaten van je woning de volgende zaken mee: de identiteitskaarten van het hele gezin, geld, mobiele telefoon en lader en noodzakelijke medicatie.”
Vader hangt rugzak op zijn rug en moeder neemt handtas. Je ziet een tafel. Op die tafel liggen: de identiteitskaarten, geld, mobiele telefoon en lader en noodzakelijke medicatie. Je ziet ook een checklist waarop verschijnt (met vinkjes): eID's, Geld, GSM+lader, Medicijnen. Het gezin komt opnieuw in beeld. Het oudste kind komt aangelopen met een gsm-lader en geeft die aan de moeder.
Stem: “Beslis niet zomaar om te vertrekken, maar wacht tot je een signaal krijgt van de hulpdiensten of overheid. Zij organiseren de evacuatie.
Tekst: “Wacht op een signaal van de overheid.”
We zien een politieman aankbellen aan de voordeur, en teken doen aan het gezin dat ze de woning mogen verlaten. De kinderen gaan naar buiten en stappen in de wagen. De vader belt aan bij de oude buurvrouw.
Stem: "Doe bij het verlaten van je huis de deur op slot."
Tekst: "Doe voor je vertrek de deur op slot."
Een close-up van de deur en een sleutel. De moeder steekt de sleutel in het slot en sluit de deur. De vader helpt intussen de oude buurvrouw in de wagen van het gezin, die op de oprit voor het huis staat. Ook de moeder stapt in. We zien de auto wegrijden.
Stem: “Ga naar familie of vrienden. Voor wie daar niet terechtkan, opent de gemeente een opvangcentrum.”
Tekst: “Ga naar familie, vrienden of het opvangcentrum.”
Gezin zit in auto die naar vrienden rijdt. Ze passeren langs het opvangcentrum. Daar staan een heleboel mensen in de rij.
Stem: “Keer niet naar huis terug voordat je hiervoor toestemming krijgt van de overheid.”
Tekst: “Wacht ook voor je terugkeer op een signaal van de overheid.”
Je ziet een telefoon. Op de telefoon komt een bericht binnen van de politieman. In het bericht staat: "Overheid zegt:" en een afbeelding van een duim omhoog.
Je ziet auto opnieuw naar huis rijden.
Tekst: kijk voor tips en info op www.risico-info.be